ACV

10.3.5. Procedures die de werknemer moet volgen

Het BEV is een gewaarborgd recht dat aan de werknemer moet worden toegekend. De werknemer die gebruik wil maken van het educatief verlof, moet zijn werkgever op de hoogte brengen door afgifte van het inschrijvingsbewijs van de onderwijsinstelling. Deze kennisgeving gebeurt door gewone overhandiging van het getuigschrift van regelmatige inschrijving. De handtekening op het duplicaat geldt als ontvangstbewijs. De kennisgeving kan ook gebeuren per aangetekende brief. Een andere manier om het attest te bezorgen is wel toegelaten maar de werknemer zal die kennisgeving dan moeten kunnen bewijzen. Het attest moet normaal ten laatste op 31 oktober van elk schooljaar worden ingediend. Bij laattijdige inschrijving moet het attest binnen de vijftien dagen na de inschrijving worden bezorgd; het aantal verlofuren wordt dan verhoudingsgewijs verminderd. [611]

De werknemer die gebruik wil maken van het BEV bij examens voor certificering van verworven competenties overhandigt aan zijn werkgever een getuigschrift dat zijn inschrijving voor het certificeringsexamen bevestigt, ten laatste binnen de dertig dagen die volgen op de inschrijving. Daarnaast moet de werknemer ook een attest van deelneming bezorgen aan zijn werkgever, ten laatste binnen de acht dagen die volgen op de uitreiking. [612]

De werknemer zal ook attesten moeten voorleggen aan de werkgever waaruit blijkt dat hij de lessen regelmatig volgt. [613] Zo’n getuigschrift van nauwgezetheid moet driemaandelijks worden ingediend. Ingeval van onvoldoende aanwezigheid bij de cursussen (meer dan 10% ongewettigde afwezigheid) verliest de werknemer gedurende zes maanden het recht op BEV. [614] Bij niet toegelaten gebruik van het verlof, bv. om een winstgevende activiteit uit te oefenen, wordt het recht voor twaalf maanden opgeschort. Wanneer de werknemer voor de tweede keer niet slaagt voor een studiejaar na het twee keer te hebben gevolgd, wordt hij uitgesloten van het recht op BEV, tenzij die dubbele mislukking te wijten is aan omstandigheden buiten zijn wil. [615]

Laatst aangepast op: 04-07-2023

    Art. 21 KB 23 juli 1985. Een termijn voor het indienen is niet bepaald; toch doet de werknemer er goed aan het attest snel in te dienen omdat de werkgever het BEV kan weigeren voor het volgend trimester: Arbh. Gent 18 november 1996, JTT 1997, 62.