Aan de arbeidsovereenkomst kan zowel door de werkgever als de werknemer te allen tijde onmiddellijk en eenzijdig een einde worden gesteld; dit geldt voor alle soorten arbeidsovereenkomsten. Nochtans zal de eenzijdige beëindiging van de arbeidsovereenkomst in bepaalde gevallen aanleiding geven tot de betaling van een forfaitaire verbrekingsvergoeding [714] aan de wederpartij:
- Een partij verbreekt zonder meer onmiddellijk de overeenkomst en maakt dat ook expliciet duidelijk (is in principe aan geen vormvereisten onderworpen).
- De opzegging gebeurt op een foutieve wijze.
- Er wordt een te korte opzegtermijn betekend.
- Er wordt ontslag gegeven om dringende reden die door de arbeidsgerechten niet wordt aanvaard.
- De werkgever wijzigt eenzijdig een essentiële arbeidsvoorwaarde in belangrijke mate (impliciet ontslag).
- De werknemer stelt ten onrechte de beëindiging vast ten laste van de werkgever wegens een vermeende eenzijdige wijziging van een essentiële arbeidsvoorwaarde.
- De wanuitvoering van een belangrijke verplichting die gepaard gaat met de wil de overeenkomst te beëindigen (impliciet ontslag).
- De partij stelt ten onrechte de beëindiging vast van de overeenkomst wegens wanuitvoering van een belangrijke verplichting.
- De partij roept ten onrechte overmacht in.
- Bij opeenvolgende contracten van bepaalde duur, geherkwalificeerd tot een contract van onbepaalde duur, waarbij het contract niet vernieuwd wordt op de vervaldatum van het laatste contract van bepaalde duur.