ACV

10.7.4. Beschermingsvergoeding

10.7.4.1 Werknemer vraagt re-integratie

10.7.4.1.1 Re-integratieaanvraag

Wanneer de werkgever een einde maakt aan de arbeidsovereenkomst zonder de in de wet van 19 maart 1991 bedoelde voorwaarden en procedures na te leven, kan de werknemer of de organisatie die zijn kandidatuur heeft voorgedragen zijn re-integratie in de onderneming aanvragen onder dezelfde voorwaarden als die welke hij voor de beëindiging van de overeenkomst genoot. [1401] De re-integratieaanvraag is facultatief.

Het re-integratieverzoek moet gebeuren door de werknemer zelf, dan wel door de interprofessionele representatieve werknemersorganisatie die de kandidatuur heeft voorgedragen of om een gevolmachtigde daarvan. [1402] Indien het verzoek werd ingediend door een afgevaardigde van een regionale afdeling van een beroepscentrale die enkel een volmacht heeft gekregen van de interprofessionele representatieve werknemersorganisatie in het kader van de sociale verkiezingen, dan is dit geen geldig re-integratieverzoek. [1403] Het verzoek tot re-integratie kan niet geldig worden ingediend door de raadsman van de werknemer, zelfs niet indien deze een bijzonder volmacht heeft gekregen. [1404] Het verzoek dat niet gericht wordt aan de juridische entiteit met wie de arbeidsovereenkomst werd gesloten, maar aan de onderneming waarin de OR of het CPBW is opgericht en waarvan de juridische entiteit deel uitmaakt, is om die reden alleen niet ongeldig. [1405]

De aanvraag tot re-integratie moet bij aangetekende brief worden ingediend binnen dertig dagen die volgen op:

  • de datum van de betekening van de opzegging of de beëindiging zonder opzegging.
    De re-integratie kan slechts geldig worden gevraagd binnen die termijn van dertig dagen, niet ervoor. Het ontslag moet reeds gegeven zijn. [1406] De termijn vangt in principe dan ook aan op de datum volgend op de datum van de betekening van het ontslag;
  • of de dag van de voordracht van de kandidaturen (x+35) zo deze na de datum van de betekening van de opzegging of de datum van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst zonder opzegging geschiedt. [1407]
    Een re-integratieaanvraag van voor dit tijdstip is niet rechtsgeldig. [1408]

De herplaatsing moet zelfs worden gevraagd indien de onderneming ondertussen gesloten is en de wederopneming dus eigenlijk onmogelijk is geworden. [1409]

10.7.4.1.2 Tijdige re-integratie

De werkgever beschikt over een termijn van dertig dagen na die aanvraag om de herplaatsing toe te staan of te weigeren. In geval van betwisting moet de werkgever het bewijs leveren dat hij de re-integratie, die hem gevraagd werd, aanvaard heeft. [1410]

De herplaatsing moet gebeuren onder dezelfde voorwaarden als voorheen, tenzij de partijen daarvan in onderlinge overeenkomst zelf afwijken. [1411] Aan de vereiste tot herplaatsing onder de geldende arbeidsvoorwaarden is voldaan, indien de werkgever zich daartoe onvoorwaardelijk verbindt binnen de dertig dagen, zelfs als de definitieve wederindienstneming slechts aanvangt na de gestelde termijn. [1412] Aan het verzoek tot re-integratie wordt ook voldaan door de werkgever die eerst de re-integratie weigert, maar achteraf en nog binnen de termijn van dertig dagen de herplaatsing onvoorwaardelijk aanvaardt. [1413]

Van zodra de werkgever tijdig en onvoorwaardelijk instemt met de vraag tot re-integratie, kan de werknemer niet langer aanspraak maken op een beschermingsvergoeding. Evenmin zal hij gerechtigd zijn op een verbrekingsvergoeding wanneer hij uiteindelijk weigert opnieuw in dienst te treden. [1414] Als de re-integratie toch plaatsvindt, moet de werkgever de werknemer het loon betalen dat hij derfde door het ontslag, tezamen met de ermee samenhangende werknemers- en werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid. [1415] De herplaatste werknemer herneemt eveneens zijn mandaat. [1416]

10.7.4.1.3 Geen tijdige re-integratie

Wanneer de werknemer of de organisatie die zijn kandidatuur heeft voorgedragen zijn re-integratie heeft aangevraagd en deze door de werkgever niet werd aanvaard binnen dertig dagen na de dag waarop het verzoek hem per aangetekende brief werd gezonden, moet deze werkgever aan de ontslagen werknemer een vergoeding betalen gelijk aan:

  1. het loon voor de periode die nog te lopen blijft tot het verstrijken van het mandaat (mandaatsvergoeding[1417];
  2. het lopende loon overeenstemmend met de duur van:
  • 2 jaar als hij minder dan 10 dienstjaren in de onderneming telt;
  • 3 jaar als hij 10 maar minder dan 20 dienstjaren heeft;
  • 4 jaar als hij 20 of meer dienstjaren heeft in de onderneming (anciënniteitsvergoeding). [1418]

De beschermde werknemer, onrechtmatig ontslagen vóór het faillissement en na de faillietverklaring niet gere-integreerd door de curatoren, kan eveneens aanspraak maken op een volwaardige beschermingsvergoeding. [1419]

Slechts in twee gevallen zal de werknemer gerechtigd zijn op de anciënniteits- én de mandaatsvergoeding zonder dat hij hiervoor een geldig re-integratieverzoek moet hebben ingediend:

  1. wanneer de arbeidsovereenkomst door de werknemer werd beëindigd wegens dringende reden in hoofde van de werkgever, of;
  2. wanneer de werkgever de beschikking van de voorzitter van de arbeidsrechtbank inzake de voortzetting van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst tijdens de procedure tot erkenning van de aangevoerde dringende reden niet in acht neemt. [1420]

10.7.4.2 Werknemer vraagt niet om re-integratie

Wanneer de werknemer of de organisatie die zijn kandidatuur heeft voorgedragen, zijn re-integratie niet heeft aangevraagd binnen de door de wet bedoelde termijn van 30 dagen, moet de werkgever hem een vergoeding betalen gelijk aan het lopende loon dat overeenstemt met de duur van:

  • 2 jaar als hij minder dan 10 dienstjaren in de onderneming telt;
  • 3 jaar als hij 10 maar minder dan 20 dienstjaren heeft;
  • 4 jaar als hij 20 of meer dienstjaren heeft in de onderneming (anciënniteitsvergoeding). [1421]

De beschermde werknemer die ontslagen werd vóór de indiening van de kandidatenlijsten (x+35), zal evenwel enkel aanspraak kunnen maken op een beschermingsvergoeding indien hij om zijn re-integratie heeft gevraagd. Is dit niet gebeurd, dan komt hem zelfs geen anciënniteitsvergoeding toe. [1422] De re-integratie zal gevraagd moeten worden binnen de 30 dagen volgend op de indiening van de kandidatenlijsten. [1423]

10.7.4.3 Omvang vergoeding

10.7.4.3.1 Algemeen

De beschermingsvergoeding wordt berekend zoals een opzegvergoeding (op basis van het loon, incl. de voordelen verworven krachtens de arbeidsovereenkomst). [1424] Het betreft loon in de zin van de Loonbeschermingswet (wat o.a. impliceert dat er RSZ-bijdragen op dienen betaald te worden). Vanuit fiscaal oogpunt betreft de beschermingsvergoeding een opzegvergoeding. Ze zal afzonderlijk worden belast tegen de gemiddelde aanslagvoet van toepassing op de belastbare inkomsten van het laatste vorige jaar waarin de belastingplichtige een normale beroepswerkzaamheid heeft gehad.

10.7.4.3.2 Anciënniteitsvergoeding

De anciënniteitsvergoeding heeft een forfaitair karakter, wat impliceert dat het bedrag wordt berekend op het lopende loon op het ogenblik van het ontslag en niet op het gederfde loon over bepaalde jaren. [1425] Dit houdt tevens in dat de beschermde werknemer die onregelmatig om een dringende reden ontslagen werd nadat hij initieel zelf de arbeidsovereenkomst had opgezegd, recht heeft op deze vergoeding in haar geheel. [1426]

10.7.4.3.3 Mandaatsvergoeding

De omvang van de mandaatsvergoeding is afhankelijk van de resterende duur van het mandaat. Hierbij doet het er niet toe of het mandaat reeds een aanvang heeft genomen. [1427] Zelfs niet verkozen kandidaten – die per definitie geen mandaat bekleden – zullen recht hebben op een mandaatsvergoeding op basis van het mandaat dat ze bij verkiezing zouden bekleed hebben. Het mandaat van de verkozen personeelsafgevaardigden eindigt in principe op de datum waarop de bij de volgende verkiezingen verkozen kandidaten worden aangesteld (Y+45). [1428]

Ook de mandaatsvergoeding wordt berekend zoals een gewone opzegvergoeding (dus inclusief de voordelen verworven krachtens de arbeidsovereenkomst). Voor de vaststelling van het lopend loon dient men zich echter niet te plaatsen op het moment van het ontslag. Aangezien het gaat om het lopend loon tijdens de resterende duur van het mandaat, zal eveneens rekening gehouden moeten worden met indexaanpassingen en voorziene loonsverhogingen tijdens deze periode. [1429]

10.7.4.3.4 Interest

De wettelijke intresten zijn verschuldigd vanaf het ogenblik dat de werknemer onrechtmatig ontslagen wordt. [1430]

10.7.4.3.5 Afstand [1431]

Alhoewel de werknemer niet kan verzaken aan zijn ontslagbescherming, wordt aanvaard dat hij wel rechtsgeldig kan verzaken aan zijn recht op de beschermingsvergoeding. Deze afstand is mogelijk vanaf het ogenblik dat het recht op de beschermingsvergoeding definitief verworven is, nl. van zodra de termijnen voor het vragen en (al dan niet) toestaan van re-integratie verstreken zijn. [1432]

Ook indien de werknemer afstand gedaan heeft van een nog niet opeisbare beschermingsvergoeding, zal het naderhand opvorderen van de beschermingsvergoeding in bepaalde gevallen afgewezen kunnen worden wegens rechtsmisbruik. Dit zal bv. het geval zijn wanneer de werkgever op vraag van de werknemer is overgegaan tot ontslag met het oog op SWT, en de werknemer, niettegenstaande een formele verzaking, naderhand toch overgaat tot het opvorderen van een beschermingsvergoeding. [1433]

10.7.4.3.6 Cumul met andere vergoedingen

De beschermingsvergoeding is slechts beperkt cumuleerbaar met andere vergoedingen. [1434]

AARD VERGOEDING

CUMULEERBAARHEID

Mandaatsvergoeding

Anciënniteitsvergoeding

  1. Gewone opzegvergoeding

Cumuleerbaar

Niet cumuleerbaar; hoogste vergoeding primeert

  1. Loon ontvangen tijdens opzegtermijn

Cumuleerbaar [1435], met dien verstande dat de gepresteerde opzegtermijn de periode gedekt door de mandaatsvergoeding inkort

  1. Werkzekerheidsbeding

Cumuleerbaar [1436]

  1. Kennelijk onredelijk ontslag

Niet cumuleerbaar [1437]

  1. Misbruik van ontslagrecht

Cumuleerbaar [1438]

  1. Uitwinningsvergoeding

Cumuleerbaar

  1. Compensatoire vergoeding concurrentiebeding

Cumuleerbaar

  1. Vergoeding cao nr. 5

Vergoeding Wet 19 maart 1991 primeert, tenzij anders geregeld op sectorniveau [1439]

  1. Sluitingsvergoeding

Cumuleerbaar [1440]

  1. Collectief ontslag

Vergoeding wegens collectief ontslag niet cumuleerbaar [1441]

Loon wegens schending Renaultwet wel cumuleerbaar [1442]

  1. Pestwet

Cumuleerbaar [1443]

  1. Voordelen sociaal plan

Cumuleerbaar in zoverre geen expliciet wettelijk of conventioneel cumulverbod, en in zoverre voordelen andere juridische oorzaak hebben dan beschermingsvergoeding (m.n. vergoeding onregelmatig ontslag) [1444]

  1. Andere

Een cumulatieverbod geldt t.a.v. beschermings- en ontslagvergoedingen betaald in het kader van ouderschapsverlof, invoering nieuwe technologieën, moederschapsbescherming, vaderschapsverlof, politiek mandaat, educatief verlof, enz.

Laatst aangepast op: 04-07-2024

    Zie hierover L. Eliaerts, Beschermde werknemers. Ondernemingsraad en Comité voor preventie en bescherming op het werk, Larcier, Gent, 2002, nr. 811-823; J. Buelens en L. Eliaert, “Ontslagbescherming en vertegenwoordiging van werknemers”, in: M. Rigaux en W. Rauws, Actuele problemen van het arbeidsrecht 8, 2010, 679 e.v.