Strikt genomen zijn er geen vormvereisten verbonden aan een afstand van recht. De afstand kan dus uitdrukkelijk of impliciet gebeuren, en hoeft niet noodzakelijk schriftelijk.
Toch wordt een rechtsafstand niet vermoed. Ofschoon ze stilzwijgend kan gebeuren, moet de rechtsafstand alleszins ondubbelzinnig zijn. De afstand kan niet worden afgeleid uit het louter stilzitten of stilzwijgen van de titularis van het subjectief recht. Volgens vaststaande rechtspraak van het Hof van Cassatie kan een verzaking slechts worden afgeleid uit feiten en gedragingen die voor geen andere interpretatie vatbaar zijn. [1694]
Dat een werknemer akkoord gaat met de aanvang van de vrijstelling van prestaties tijdens de door de werkgever betekende opzegtermijn, betekent nog niet dat de bediende akkoord is gegaan met de duur van de opzegtermijn. [1695] Het stilzwijgen van de werknemer tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst verhindert op zich niet dat bedoelde rechten bij het einde van de dienstbetrekking nog kunnen gevorderd worden. Zo is er rechtspraak die aanvaardt dat uit het stilzwijgen tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geen afstand kan worden afgeleid, bv. inzake achterstallige commissielonen [1696] en achterstallige eindejaarspremies. [1697] Een werknemer die geconfronteerd wordt met een eenzijdige en substantiële wijziging van een essentiële arbeidsvoorwaarde kan binnen een redelijke termijn de verbreking inroepen in hoofde van de werkgever. Alhoewel het verstrijken van de redelijke termijn tot gevolg heeft dat de werknemer afstand heeft gedaan van het recht de verbreking in te roepen, impliceert dit op zich nog niet dat de werknemer tevens het recht verliest om later de uitvoering van oorspronkelijke arbeidsovereenkomst te vorderen. [1698]