De werknemersvertegenwoordigers in de ondernemingsraad, het comité en de afvaardiging hebben het recht om met loonbehoud deel te nemen aan vormingscursussen die door de vakorganisaties worden georganiseerd tijdens de normale arbeidstijd. Die cursussen moeten gericht zijn op de vervolmaking van de economische, sociale en technische kennis in hun functie van werknemersvertegenwoordiger. Bovendien moet de deelname gebeuren met inachtneming van de organisatorische noodwendigheden van de dienst van de onderneming. De algemene regeling voor de werknemersvertegenwoordigers in de ondernemingsraad zit vervat in artikel 18 van cao 9 van 9 maart 1972. Voor de werknemersvertegenwoordigers in het preventiecomité is de algemene regeling vastgesteld in de cao 6 van 30 juni 1971. Voor de leden van de vakbondsafvaardiging is het recht op vormingscursussen opgenomen in artikel 21 van cao 5 van 24 mei 1971. Belangrijk zijn echter de sectorale of bedrijfs-cao’s die de nadere toepassingsmodaliteiten (concreet aantal uren of dagen en dergelijke) inhouden. [647]