ACV

2.3.2. Commissieloon

De commissieloonregeling voor handelsvertegenwoordigers komt samengevat op het volgende neer:

  • Het commissieloon is verschuldigd door de aanvaarding van een order door de werkgever.
  • Het commissieloon is in bepaalde gevallen ook verschuldigd tijdens schorsing of na het einde van de arbeidsovereenkomst.
  • Het commissieloon wordt opeisbaar binnen een overeen te komen termijn of binnen de suppletoire termijn van de wet.
  • Het commissieloon wordt berekend zoals bepaald in de overeenkomst of volgens de suppletoire wettelijke regeling.

2.3.2.1 Aanvaarde orders

Voor iedere order – dat is een bestelling – die door de werkgever aanvaard wordt, is commissieloon verschuldigd. Zelfs indien op die order geen uitvoering volgt, tenzij die niet-uitvoering de schuld van de handelsvertegenwoordiger is.

Iedere order wordt vermoed aanvaard te zijn, tenzij de werkgever die schriftelijk weigert of een voorbehoud formuleert binnen de overeengekomen termijn of, als er niets werd overeengekomen, binnen de maand vanaf het doorgeven van de order. [161] De termijn die overeengekomen wordt, moet een vaste en zekere termijn zijn. De werkgever mag de uitbetaling van het commissieloon niet afhankelijk maken van een voorwaarde, zoals de uitvoering van de order of de betaling van de factuur door de klant. [162] Is de overeengekomen termijn geen vaste en zekere termijn, doordat ze bijvoorbeeld afhankelijk is van dergelijke voorwaarden, dan geldt de wettelijke termijn van een maand. [163]

De werkgever moet de weigering of het voorbehoud niet verantwoorden. De goede trouw vereist evenwel dat de werkgever niet zonder reden orders weigert of voorbehoud maakt. Het systematisch en bij voorbaat voorbehoud maken, is dus niet geoorloofd. [164]

Aangezien de wet bepaalt dat elke door de werkgever aanvaarde order recht geeft op commissieloon, behalve indien de niet-uitvoering de schuld van de handelsvertegenwoordiger is, draagt de werkgever het handelsrisico nagenoeg volledig alleen.

De rechten van de werknemer mogen niet ingeperkt worden en zijn rechten mogen niet verzwaard worden (art. 6 AOW). Dat betekent dat afspraken in de arbeidsovereenkomst waarbij het recht op commissieloon afhankelijk wordt gemaakt van de uitvoering, de levering of de betaling van de bestelling nietig zijn. [165]

Ook een beding waardoor het commissieloon niet verschuldigd is, als een bestelling niet kan worden uitgevoerd om een reden onafhankelijk van de wil van de werkgever of wegens overmacht, is nietig. [166]

Beperkingen van het overeengekomen commissieloon door het in rekening brengen van kosten of het invoeren van een maximumbedrag van de commissielonen ongeacht het aantal orders, zijn ook niet geldig. [167]

Door het cassatiearrest van 2 december 2002 werd uitgeklaard dat een beding waardoor het bedrag van het commissieloon in verhouding staat tot een omzet die een vooraf overeengekomen zakencijfer overstijgt, geldig is. Dat houdt in dat de handelsvertegenwoordiger enkel commissieloon ontvangt op de orders als een bepaalde grens is overschreden. Een dergelijk beding heeft niet tot gevolg dat de arbeidsovereenkomst een resultaatverbintenis wordt, aangezien het niet-behalen van dat zakencijfer niet als een tekortkoming van de werknemer kan worden beschouwd.

De redenering van het Hof van Cassatie is dat art. 90 Arbeidsovereenkomstenwet, dat bepaalt dat er commissieloon verschuldigd is voor elke aanvaarde order, enkel betrekking heeft op het in de overeenkomst afgesproken commissieloon. Dat betekent dus niet dat er voor elke order commissieloon verschuldigd is, maar dat als er voor bepaalde orders overeengekomen werd dat er commissieloon verschuldigd is, dat niet beperkt mag worden. Het is dus perfect mogelijk om af te spreken dat orders slechts recht geven op commissieloon eens een bepaalde minimumomzet overschreden is. Alle orders die aanvaard worden eens die minimumomzet overschreden is, geven dan wel recht op commissie, maar orders die aanvaard worden als de minimumomzet niet bereikt wordt, niet. [168]

In een vroegere zaak oordeelde het Hof van Cassatie echter dat het niet toegelaten is om in de arbeidsovereenkomst af te spreken dat ongeacht het aantal door de werkgever aanvaarde orders de overeengekomen commissielonen beperkt worden tot een bepaald bedrag per jaar. [169]

Het komt ook voor dat een commissieloon wordt toegekend bij de verkoop en dat daarnaast nog een premie wordt betaald bij het bereiken van een bepaald zakencijfer. Dergelijke werkwijze, waarbij het normale commissieloon gewaarborgd is, wordt ook als geoorloofd beschouwd. [170]

Als de werkgever het commissieloon voor een aanvaarde order niet wil uitbetalen omdat de order door de schuld van de handelsvertegenwoordiger niet uitgevoerd werd, moet hij de fout van de handelsvertegenwoordiger bewijzen. Een fout waardoor de handelsvertegenwoordiger zijn commissieloon verliest, is bijvoorbeeld het meedelen van de foute verkoopsvoorwaarden, of op een andere manier bedriegen, waardoor de cliënt achteraf op zijn order terugkomt.

In het schema hieronder wordt het ontstaan van het recht op commissieloon overlopen als de handelsvertegenwoordiger de orders die hij realiseert, heeft ingediend bij de werkgever.

Order door de handelsvertegenwoordiger (HV) ingediend bij de werkgever (WG)

Aanvaard door de werkgever

Niet aanvaard door de werkgever

Uitgevoerd

Niet uitgevoerd

Geen schriftelijke weigering of voorbehoud

Schriftelijke weigering of voorbehoud

Betaald

Niet betaald

Fout HV

Geen fout HV

Recht op commissieloon

Buiten de 30 dagen of de overeen-gekomen termijn

Tijdige kennisgeving

Recht op commissie-loon

Delcre-dere-beding

Geen Delcre-dere-beding

Geen commis-sieloon

Recht op commis-sieloon

Recht op commissieloon. HV is aansprakelijk voor de schade in geval van onvermogen van de klant en dit tot max. het commissieloon.

Recht op commis-sieloon

Recht op commissieloon

Geen recht op commissieloon

2.3.2.2 Commissieloon tijdens schorsing of na einde overeenkomst

Bij schorsing of beëindiging van de arbeidsovereenkomst heeft de handelsvertegenwoordiger recht op het commissieloon voor de orders die hij heeft aangebracht voor de schorsing of de beëindiging, zelfs als zij pas nadien aanvaard worden. [171] Deze regel geldt ongeacht de schorsingsoorzaak.

Tevens heeft de handelsvertegenwoordiger recht op commissieloon voor orders die worden gegeven tijdens de schorsing of tijdens de periode van 3 maanden die volgt op het einde van de arbeidsovereenkomst. Dat op voorwaarde dat hij bewijst dat hij tijdens de uitvoering van de overeenkomst met die cliënt een rechtstreeks contact tot stand heeft gebracht dat werd gevolgd door feiten die tot aanvaarding van de order hebben geleid. [172] Het contact tussen de handelsvertegenwoordiger en de cliënt moet dus geleid hebben tot het plaatsen van de order die vervolgens door de werkgever aanvaard werd. Het moet om rechtstreeks persoonlijk contact gaan en niet via een tussenpersoon. Het contact mag weliswaar telefonisch of schriftelijk geweest zijn.

2.3.2.3 Onrechtstreeks commissieloon

Indien een handelsvertegenwoordiger contractueel exclusief aangeduid is om een bepaald cliënteel of sector te bezoeken, heeft hij recht op commissieloon voor de zaken die de werkgever sluit zonder zijn tussenkomst. [173] Dat wordt onrechtstreeks commissieloon genoemd.

Exclusiviteit houdt in dat de handelsvertegenwoordiger met uitsluiting van alle anderen optreedt in de betrokken sector of bij het betrokken cliënteel.

Het feit dat de werkgever zich in een sector bepaalde cliënten voorbehoudt, doet geen afbreuk aan de exclusiviteit. Het cliënteel dat de werkgever zich voorbehoudt moet evenwel bij naam genoemd worden. De clausule die exclusiviteit toekent aan de handelsvertegenwoordiger met uitzondering van bepaalde, niet nader omschreven klanten die de werkgever voor zichzelf voorbehoudt, is nietig. De handelsvertegenwoordiger heeft bijgevolg recht op commissieloon op alle aanvaarde orders van de klanten uit zijn sector. [174]

De handelsvertegenwoordiger moet het bewijs leveren van de exclusiviteit als hij zijn recht op het onrechtstreeks commissieloon wil bekomen. Het bewijs van dit zogenaamde ‘alleen-vertegenwoordigingsrecht’ moet niet uitdrukkelijk in de overeenkomst staan. Het kan met alle middelen van recht geleverd worden. [175]

Deze regel is van dwingend recht, waardoor de partijen er niet geldig van kunnen afwijken. Zo is bijvoorbeeld het beding dat het recht op onrechtstreeks commissieloon afhankelijk maakt van het voorleggen van een bestelbon door de handelsvertegenwoordiger, ongeldig. [176] Ook het beding dat het recht op commissieloon afhankelijk maakt van de plaats van de onderhandelingen, is niet geldig. De handelsvertegenwoordiger heeft recht op het commissieloon op de zaken die elders onderhandeld werden, maar in de sector gesloten werden. [177]

De handelsvertegenwoordiger met exclusiviteit heeft ook recht op commissieloon voor de zaken die worden gesloten tijdens de schorsing of na het einde van de overeenkomst, op voorwaarde dat de orders tijdens de uitvoering van de overeenkomst zijn doorgegeven. [178] Het recht op onrechtstreeks commissieloon geldt dus enkel voor de orders die vóór de schorsing of beëindiging werden doorgegeven.

Dat de handelsvertegenwoordiger geen recht heeft op onrechtstreeks commissieloon voor de orders die tijdens de schorsing werden geplaatst, betekent niet dat de werkgever het recht heeft om het cliënteel of de sector die exclusief aan de handelsvertegenwoordiger is toevertrouwd, tijdens de schorsing door een andere tussenpersoon te laten prospecteren, zonder toestemming van de handelsvertegenwoordiger. [179]

2.3.2.4 Gespreide leveringen

Als aanvaarde orders betrekking hebben op gespreide leveringen, dan heeft de handelsvertegenwoordiger, als zijn overeenkomst een einde neemt, recht op commissieloon voor de leveringen die gedurende zes maanden na het einde van de overeenkomst worden gedaan. [180]

Onder gespreide leveringen worden de leveringen begrepen die bepaald worden bij overeenkomsten waarvan de uitvoering nog niet onherroepelijk en vast geregeld is. Die overeenkomsten stellen dus vooraf de voorwaarden vast om de leveringen binnen een bepaalde termijn uit te voeren, volgens de eventuele richtlijnen van de cliënt. Het gaat dus niet om leveringen die louter in de tijd gespreid zijn en eigenlijk de uitvoering zijn van één onherroepelijk order. Vaste orders die de vertegenwoordiger bij het einde van de arbeidsovereenkomst heeft verkregen, zonder dat de koper het recht heeft de leveringen af te zeggen, maar die pas binnen bepaalde termijnen moeten uitgevoerd worden, vallen niet onder het begrip gespreide leveringen. Een vertegenwoordiger heeft zonder beperking recht op commissieloon op dergelijke orders. [181]

Gespreide leveringen vloeien vaak voort uit zogenaamde bevoorradingscontracten, zoals de afname van bier, waarbij de klant zich verbindt bepaalde goederen bij een leverancier af te nemen.

Hoewel de wettekst het niet uitdrukkelijk zegt, is het commissieloon voor gespreide leveringen ook gegarandeerd tijdens de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. [182]

2.3.2.5 Opvolging van een andere handelsvertegenwoordiger

De handelsvertegenwoordiger die de opvolger is van de handelsvertegenwoordiger die geniet van het voordeel van een van de hierboven besproken regelingen, kan zelf geen aanspraak maken op commissieloon voor dezelfde orders. [183] Hierdoor wil de wetgever beletten dat de werkgever tweemaal commissieloon moet betalen voor dezelfde bestelling.

2.3.2.6 Berekening commissieloon

In principe bepaalt de arbeidsovereenkomst op welke basis het commissieloon wordt berekend. Indien de overeenkomst dat niet regelt, voorziet de wet in een suppletoire regeling. De partijen hebben dus een grote vrijheid om de berekeningsbasis van het commissieloon zelf te bepalen. [184]

De suppletoire wettelijke regeling, die enkel geldt als de overeenkomst de berekening niet vermeldt, bepaalt dat het commissieloon berekend wordt op de prijs die voorkomt op de bestelbon of in de door de werkgever aanvaarde order. Bij gebrek daarvan is de prijs die voorkomt op de prijscouranten, -tarieven of -schalen bepalend. Als ook dat niet voorhanden is, wordt het commissieloon berekend op de gemaakte prijs. Dat is de prijs die aan de klant wordt gevraagd en uit de factuur kan blijken. [185]

Indien de overeenkomst niet toelaat te bepalen of het commissieloon verschuldigd is op alle verkopen door de onderneming dan wel enkel op de verkopen door de werknemer, is het volgens het Arbeidshof van Luik gebruikelijk dat het commissieloon individueel wordt berekend op basis van de verkopen door de handelsvertegenwoordiger en dat de overeenkomst bijgevolg in die zin moet worden gelezen. [186]

De werkgever moet maandelijks aan de handelsvertegenwoordiger de staat en de documenten bezorgen betreffende het voor de vorige maand verschuldigde commissieloon. [187]

2.3.2.7 Maandelijkse staat en documenten

Het recht op de commissielonen dat de handelsvertegenwoordiger heeft verworven tijdens de voorgaande maand en de omrekening daarvan in een concreet loonbedrag, moet door de werkgever maandelijks worden samengebracht in een document, de ‘staat’ genoemd. [188]

In de wet staat dat de staat van de ‘verschuldigde’ commissielonen moet worden bezorgd. Het betreft het commissieloon op orders die door de werkgever aanvaard zijn: de orders die uitdrukkelijk werden aanvaard of die waarvoor de werkgever de termijn om ze te weigeren of er voorbehoud tegen te maken, heeft laten verstrijken, alsook de gespreide leveringen en het commissieloon waarop die recht geven en de commissielonen verworven tijdens de schorsing van de arbeidsovereenkomst en de onrechtstreekse commissielonen.

De werkgever moet die staat maandelijks samen met ‘de documenten’ aan de handelsvertegenwoordiger overmaken. In het verslag van de Senaat wordt evenwel duidelijk gesteld dat het niet de bedoeling is om dubbels van facturen, van kwijtingen of andere bewijsstukken ter controle te laten overhandigen. De redenering is dat een loyale werkgever er geen bezwaar tegen zal hebben de juistheid van de staten te verantwoorden. Als de werkgever zich niet loyaal gedraagt en er een betwisting ontstaat, moet de werkgever natuurlijk wel alle rechtvaardigende stukken overmaken. [189]

2.3.2.8 Tijdstip betaling commissieloon

Tenzij de partijen anders zijn overeengekomen, moet het commissieloon 15 dagen na afgifte van de staat en eventueel van de documenten betaald worden. Als het loon geheel of gedeeltelijk uit vast loon bestaat, moet dat (deel) maandelijks betaald worden. [190]

Als de overeenkomst beëindigd wordt, moet de werkgever binnen de 30 dagen na het einde van de overeenkomst het volledige bedrag van het commissieloon op alle aanvaarde orders uitbetalen. [191]

Het commissieloon voor de orders die zijn doorgegeven tijdens de overeenkomst, maar pas na het einde ervan aanvaard worden, moet worden uitbetaald binnen 30 dagen na de aanvaarding. Dat geldt ook voor het onrechtstreekse commissieloon voor zaken doorgegeven tijdens, maar aanvaard na het einde van de overeenkomst. [192]

Het commissieloon voor de orders die zijn doorgegeven tijdens de periode van 3 maanden na het einde van de overeenkomst, waarop commissieloon verschuldigd is, moet uiterlijk voor het einde van de vierde maand na het einde van de overeenkomst betaald worden. [193]

Het commissieloon voor de gespreide leveringen, moet uiterlijk voor het einde van de zevende maand na het einde van de overeenkomst betaald worden. [194]

Het commissieloon brengt van rechtswege intrest op vanaf het ogenblik dat het eisbaar is. [195]

Laatst aangepast op: 04-07-2024

    Arbh. Brussel 16 november 1994, JTT 1995, 100; P. Leclerq, Het statuut van de handelsvertegenwoordiging in Sociale praktijkstudies nr. 26, Mechelen, Kluwer, 2006, 56.